Mijn hond geeft over

Mail of deel dit artikel:

Alles wat je hond eet en drinkt, wordt door de spieren van de slokdarm en de maag naar de darmen gebracht. Als je hond moet overgeven, werken deze spieren ineens de andere kant op.

Voordat je hond overgeeft, voelt je hond zich duidelijk misselijk. Dat merk je aan smakken en kwijlen vlak voordat je hond overgeeft. Daarna komt de inhoud van de maag met golven naar buiten. Dit kost je hond duidelijk moeite: je ziet de buik van je hond hierbij samentrekken. Een ander woord voor overgeven is braken.

Je hond kan overgeven door verschillende oorzaken in en buiten het maagdarmkanaal.

Oorzaken in het maagdarmkanaal

De meeste honden geven over door:

• het eten van iets wat je hond niet gewend is;
• het eten van iets wat giftig of bedorven is;
• het opeten van een voorwerp;
• een gevoelige maag of voedselallergie;
• ontsteking in de maag en/of darmen door een buikgriepvirus, wormen of bacterie.

Krijgt je hond langere tijd bepaalde pijnstillers (NSAID’s zoals carprofen en meloxicam) en/of ontstekingsremmers (corticosteroïden zoals prednisolon)? Dat kan leiden tot een maagontsteking of maagzweer als je hond geen middelen krijgt die de maag beschermen.

Af en toe is een tumor in de maag of darmen een oorzaak van overgeven bij oudere honden.

Oorzaken buiten het maagdarmkanaal

Een voorbeeld hiervan is overgeven door reisziekte, waarbij het evenwichtsorgaan van slag raakt tijdens het vervoeren van je hond. Daarnaast kunnen problemen in andere organen leiden tot overgeven. Dat gebeurt als er (teveel) stoffen in het bloed komen die het braakcentrum in de hersenen prikkelen. Dat gebeurt bijvoorbeeld bij leverproblemen en nierproblemen. En ook een baarmoederontsteking bij intacte teefjes kan op die manier tot overgeven leiden. In zulke gevallen, is overgeven waarschijnlijk niet de enige klacht die je hond heeft.

Meestal kan het geen kwaad als je hond één of twee keer overgeeft. Als je hond misselijk is, dan lucht het overgeven vaak op. Als de maag leeg is, komen de maag en darmen meestal vanzelf weer tot rust.

Let op: als je hond vaker overgeeft verliest je hond daarbij veel vocht. Zeker als je hond ook diarree of koorts heeft. Laat je hond daarom vaak kleine beetjes water drinken om uitdroging te voorkomen. Vooral puppy’s en oudere honden drogen snel uit en dat kan gevaarlijk zijn.

Krijgt je hond medicijnen en geeft je hond over binnen een paar uur na inname? Dan heeft het lichaam de medicijnen misschien niet opgenomen. Neem contact op met je dierenarts om te overleggen wat te doen.

• Heeft je hond maar één of twee keer overgegeven? Dan kun je rustig even afwachten. Laat de maag eerst tot rust komen voordat je je hond weer drinken of eten aanbiedt.
• Geef je hond daarna regelmatig kleine beetjes drinken. Daarmee help je je hond om genoeg vocht binnen te krijgen om niet uit te drogen. Ook als je hond meerdere keren overgeeft is het goed om tussendoor kleine beetjes water te laten drinken of met een lepel in te geven.
• Houdt je hond het drinken binnen? Dan kun je een klein beetje voer aanbieden. Dat mogen kleine beetjes van het eigen voer zijn, die je verdeeld over de dag aanbiedt. Als een volwassen hond een dagje geen eetlust heeft is dat niet erg, zo lang je hond maar wel blijft drinken en niet verder achteruit gaat. Voor jonge pups is het wel belangrijk om snel weer te eten.
• Geeft je hond alleen gal (geel van kleur) over in de ochtend? Ook dan kan het helpen om het voer in meerdere porties te verdelen. Geef ook ’s avonds laat wat voer, zodat de maag ’s nachts minder lang leeg is. Lees hier meer over honden die gal overgeven in de ochtend.
• Laat je hond lekker rustig aan doen. Liever geen lange wandelingen of actieve spelletjes tot je hond zich weer beter voelt.

Hoewel het vroeger vaak werd geadviseerd, kun je je hond bij overgeven en/of diarree beter geen gekookte rijst met kip geven. Rijst kan ervoor zorgen dat je hond nog meer buikklachten krijgt. Wil je je hond toch iets anders aanbieden dan het eigen voer? Dan heeft een lichtverteerbare voeding voor honden met maagdarmproblemen de voorkeur. Je dierenarts kan je hierover adviseren.

Hoe laat het ook is, in de volgende situaties mag je je dierenarts of spoedpost bellen:

• als je hond (misschien) een voorwerp heeft opgegeten;
• als je hond (misschien) iets giftigs heeft gegeten;
• als je hond probeert over te geven, maar het lukt niet. Dit kan te maken hebben met een maagkanteling, wat erg gevaarlijk is. Een maagkanteling komt het vaakst voor bij grote honden met een diepe borstkas.
• als je hond erge buikpijn heeft;
• als je hond blijft overgeven en niets binnen houdt;
• als je hond in korte tijd steeds slomer of zieker wordt;
• als er bloed bij het braaksel zit.

Lijdt je volwassen of oudere hond aan een ziekte zoals diabetes, hartfalen of nierproblemen? Neem in die gevallen dezelfde dag nog contact op met je dierenarts.

Als een puppy overgeeft:

Een puppy die overgeeft en/of niet goed eet en drinkt komt sneller in de problemen dan een volwassen hond. Neem daarom meteen contact op met de dierenarts:

• als de pup erge buikpijn heeft;
• als de pup suf is of niet reageert zoals je gewend bent;
• als er bloed bij het braaksel zit;
• als de pup niet wil eten of drinken;
• als de pup een halve dag niet heeft geplast;
• als de pup ook diarree heeft.

Natuurlijk mag je ook in andere gevallen altijd contact opnemen met je dierenarts als je je zorgen maakt over je hond of pup.

Mail of deel dit artikel:

Deze informatie is met zorg gemaakt maar kan het contact met je dierenarts niet vervangen. Je dierenarts staat voor je klaar bij persoonlijke vragen en zorgt ervoor dat je huisdier de juiste behandeling krijgt bij klachten.